Omelet met kruiden

Ingrediënten (4 personen)

• 8-9 grote eieren
• 2 lente-uitjes in ringetjes
• 2½ deciliter volle melk
• zout
• versgemalen peper
• een flinke bos kruiden én onkruiden uit de tuin: bieslook, tijm, rozemarijn, maar ook zuring, molsla, zevenblad en hondsdraf.
• 50 gram geschaafde Parmezaanse kaas
• olijfolie

Bereiding:

Breek de eieren boven een ruime kom en klop samen met melk, zout en peper door. Was de groene kruiden zorgvuldig. Harde steeltjes verwijderen en knip of hak de kruiden fijn.
Verhit één el olijfolie in de koekenpan. Strooi twee el gehakte kruiden en een paar ringetjes van het lente-uitje in de pan. Schep er dan een beetje van het eimengsel op en bak de dunne omelet op een zacht vuur gaar. Leg, om de bovenkant van de omelet ook gaar te krijgen, een deksel op de koekenpan en zet het vuur laag.
Draai de omelet voorzichtig om en bak ook de andere kant gaar. Rol de omelet voorzichtig uit de pan op een voorverwarmd bord.
Versier hem met wat losse kruiden en een paar schilfers Parmezaanse kaas.

Lekker voor zowel lunch als ontbijt.

Onkruid? Lekker en gezond!
De grens tussen kruid en onkruid is vaak moeilijk te trekken. Bieslook, tijm, peterselie en andere keukenkruiden kent iedereen wel, maar minder bekend is dat ook onkruid lekker smaakt. Zevenblad, brandnetel, hondsdraf, madeliefjes, veldzuring en molsla (paardenbloem), ze hebben allemaal hun eigen karakteristieke smaak.
Paardenbloemen leveren ‘molsla’. Dat zijn de gebleekte bladeren van een bepaalde soort paardenbloem. Door grond op de plant te leggen, ontstaan uitlopers die gebleekt zijn. Ze smaken minder bitter dan de niet gebleekte plant.
Veldzuring – zurkel – is te gebruiken in voorjaarssoepen en slaatjes. Brandneteltoppen en jonge bladeren kunnen in de soep of stamppot. Ze bevatten veel vitamine C.